Ga naar de inhoud van deze pagina.
Voortgangsrapportage 2023-I Raad

Programma 3: Vitaal en Sociaal

Werk en Inkomen

Dit voorjaar is het nieuwe programmaplan 2023 - 2027 van Werk in Zicht vastgesteld. Met dit programma willen we een dienstverleningsaanbod doen voor alle inwoners die zonder hulp van de overheid niet tot ontwikkeling of arbeidsparticipatie komen. De ambitie is om 20.000 inwoners in onze regio zich te laten ontwikkelen. Zo willen we een bijdrage leveren aan de arbeidsmarktopgaves, zoals de personeelstekorten en de mismatch.

Het aantal bijstandsgerechtigden dat in het eerste kwartaal uitstroomde naar werk is 137. Daarmee gaan we het doel van 900 niet halen. Door het lage aantal bijstandsgerechtigden en de lage instroom in de bijstand zijn er minder mensen om te bemiddelen naar werk. De groep die overblijft is moeilijker naar werk te bemiddelen. Vaak zijn er nog eerst nog belemmeringen weggenomen dienen te worden en/of is nog ontwikkeling nodig om de vervolgstap naar werk te kunnen maken. Met de nieuwe gebiedsgerichte aanpak willen we dichterbij en toegankelijker zijn voor deze groep. Met het Werk en Ontwikkelprogramma doen we investeringen om deze inwoners extra te begeleiden in hun ontwikkeling naar werk of participatie.

In april 2023 hebben we nog eens 500 euro energietoeslag uitgekeerd aan de doelgroep die energietoeslag heeft ontvangen in 2022. Daarvoor zijn middelen ontvangen vanuit het Rijk. Het overige deel wordt naar verwachting eind 2023 uitgekeerd naar aanleiding van nieuwe wetgeving.

Op 1 juli 2023 is de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) gewijzigd en wordt door een onverwacht amendement de looptijd van een wettelijke schuldsanering teruggebracht van 36 naar 18 maanden. Door Minister Schouten voor Armoedebeleid, en daarna ook door de NVVK en VNG, zijn gemeenten opgeroepen per 1 juli 2023 ook de aflostermijn van de minnelijke schuldregeling te verkorten naar 18 maanden. Wat hiervan en van een eventuele overgangsregeling precies de gevolgen zullen zijn voor onder andere de uitvoeringscapaciteit is nog niet aan te geven. Helder is dat doorgaans inwoners na 18 maanden nog niet financieel zelfredzaam zullen zijn. Daardoor komt de nadruk bij schuldhulpverlening nog meer te liggen op financiële begeleiding van inwoners tijdens het traject en op de nazorg, teneinde duurzame financiële gezondheid en uitstroom te bevorderen.

Onderwijs

In het nieuwkomersonderwijs worden de maatregelen voor Oekraïense ontheemde kinderen en de bestaande voorzieningen voor nieuwkomerskinderen steeds meer geïntegreerd. De onregelmatige instroom van nieuwkomers stelt gemeente en onderwijs gezamenlijk wel voor tal van praktische vraagstukken (huisvesting, personeel, financiering). Door structureel intensief overleg lukt het om alle kinderen een passende vorm van onderwijs te bieden.

Welzijn Gezondheid en Zorg

We zien dat de zorgkosten in Nederland jaar na jaar toenemen, terwijl gemeenten vanaf 2026 waarschijnlijk te maken krijgen met een forse daling in de inkomsten van het Rijk via het gemeentefonds. Als gevolg van de vergrijzing zal de zorgconsumptie toenemen en de beschikbaarheid van arbeidskrachten afnemen. In 2020 werkten er 1,4 miljoen mensen in de zorg. Dat betekende 1 op de 7 werkenden. Bij niet ingrijpen zullen er in 2040 volgens berekeningen van de Sociaal Economische Raad meer dan 2 miljoen mensen nodig zijn in de zorg. Dat is dan 1 op de 4 werkenden. Via preventie en samenwerking tussen het gemeentelijk sociaal domein en de eerstelijnszorg verwachten we op termijn de stijging van de totale zorgkosten om te kunnen buigen. Maar de eerstvolgende jaren krijgen we nog steeds te maken met stijgende zorgkosten. We moeten dus vol inzetten op preventie en de reeds ingezette transformatie om de zorgkosten nu en in de toekomst betaalbaar te houden. Dit doen we onder andere door ons Preventieplan mentale gezondheid jeugd/jongeren te ontwikkelen, Herstelacademies en Welzijn op recept op te schalen, de werkwijze van het project ‘Stapeling sociaal domein’ te versterken, een meerjarige integrale aanpak van jeugdproblematiek in het kader van Preventie en Gezag te implementeren en de aanpak Kansrijke Start voort te zetten.


In navolging op de Wmo begeleiding is ook de huishoudelijke hulp per 2023 gebiedsgericht georganiseerd. De nieuwe opzet bevordert de kennis van de aanbieders van hun gebied en de samenwerking met andere partijen. Dit is van belang bij het signaleren door de huishoudelijke hulpen van (over)belasting van mantelzorgers en kwetsbaarheid van ouderen. Tevens wordt in 2023 stapsgewijs uitvoering gegeven aan het ‘uitvoeringsprogramma wonen en zorg’. Gemeente, Menzis, zorgaanbieders en woningcorporaties werken hier intensief in samen. Met de nieuwe werkwijze Inkoop Beschermd Wonen geven we de transformatie Beschermd Wonen een extra impuls door meer grip te organiseren op (beperking van) instroom en (bevordering van) uitstroom uit intramurale zorg.


Sport en Bewegen

In 2022 zijn we gestart met het Volwassenfonds voor Sport en Cultuur. Vanaf de start is er door veel mensen een beroep gedaan op dit fonds. We zien dat deze lijn zich doorzet in het eerste kwartaal van 2023.

Bij de bezoekersaantallen in de zwembaden zien we nog niet het oude niveau van voor de coronaperiode. Factor van betekenis hierbij is dat er vanwege het personeelstekort doelgroeplessen geschrapt moesten worden.


Cultuur

In december 2022 hebben we een herstelpakket ingezet voor 2022 en 2023. Hiermee ondersteunen we de culturele infrastructuur na de coronaperiode. We zien echter dat de financiële situatie van de instellingen nog lang niet op orde is. Door de sterke kostenstijgingen vanwege inflatie en hoge energieprijzen zien de instellingen hun financiële buffers krimpen. Dit heeft gevolgen voor het proces naar de nieuwe cultuurnota 2025-2028. In de kadernota 2021-2028 hebben wij aangegeven dat Fair Practice vanaf 2025 een voorwaarde is om subsidie te kunnen verkrijgen. Dit heeft een financiële consequentie, als werknemers beter betaald dienen te worden blijft er minder over voor het aanbod. Dit in combinatie met de prijsstijgingen zorgt ervoor dat de budgetten voor de cultuurnota 2025-2028 onder druk komen te staan. Instellingen zullen namelijk hogere subsidieaanvragen doen om het culturele aanbod op niveau te kunnen houden.

Evenementen (in de openbare ruimte) zijn ondergebracht in het onderdeel cultuur en hebben raakvlak met de andere onderwerpen in dit programma. Jaarlijks vinden ruim 500 evenementen plaats in alle soorten en maten. Als gemeente blijven we een podium bieden aan deze mooie evenementen. Tegelijkertijd vinden we het belangrijk om de overlast zoveel mogelijk te beperken voor mens, dier en milieu. In onze Toekomstvisie Evenementen 2023 leggen we deze ambities voor aan uw raad. Evenemententerrein Stadpark blijven we doorontwikkelen tot een toplocatie voor evenementen. We stimuleren samenwerking tussen onderwijs, ondernemers en de sector.