Voortgangsrapportage 2022-II Raad

Financiën

Financiële toelichting

Deelprogramma 3.1 Werk en inkomen

Beleidsveld

Primitieve begroting 2022

Actuele begroting 2022

Prognose
VGR 22-2

Verwachte afwijking VGR 2022

Lasten





03.1.1 Werk en activering

64.389

78.920

75.149

3.770

03.1.2 Inkomen en armoedeverlichting

213.760

237.544

241.488

-3.943

Totaal lasten

278.149

316.464

316.637

-173






Baten





03.1.1 Werk en activering

15.026

20.013

21.335

1.322

03.1.2 Inkomen en armoedeverlichting

166.698

166.698

172.279

5.581

Totaal baten

181.724

186.710

193.614

6.903






Reserve mutaties





Totaal toevoegingen

0

737

737

0

Totaal onttrekkingen

340

2.077

2.077

0






Totaal deelprogramma 3.1

-96.085

-128.414

-121.683

6.730


3.1.1. Werk en activering

Lasten

Baten

Saldo

Afwijking (bedragen x 1.000 euro)

3.770

1.322

5.092

Programma Werk in Zicht (V 2,9 miljoen euro)
Werk in Zicht (WIZ) is een regionaal samenwerkingsverband voor de arbeidsmarktregio Groningen. We verwachten voor de regionale activiteiten van WIZ een voordeel van 2,9 miljoen euro. Het betreft middelen voor een meerjarig actieplan die, conform de meerjarenbegroting van WIZ, vanaf 2023 ingezet worden.



Inburgering (V 1,6 miljoen euro)
Op basis van de verwachte aantallen asielmigranten en gezinsmigranten in 2022 ontvangen we van het Rijk een bijdrage van 2,8 miljoen euro voor inburgeringsvoorzieningen. Deze middelen dienen ter dekking van de kosten die we de komende 3 jaar maken om statushouders die dit jaar beginnen met inburgeren volwaardig mee te laten doen in de samenleving. We verwachten in 2022 hiervan 1,4 miljoen euro in te zetten; de resterende 1,4 miljoen zullen we de komende jaren inzetten. Daarnaast verwachten we een voordeel van 0,2 miljoen euro doordat we in de septembercirculaire 2022 extra middelen ontvangen voor de uitvoering, maar vooralsnog niet verwachten de formatie uit te moeten breiden.



Sociale Werkvoorziening (V 596 duizend euro)
Per saldo realiseren we op de Sociale Werkvoorziening (SW) een voordeel van 462 duizend euro. Dit voordeel is als volgt opgebouwd:



Omzet SW (N 549 duizend euro)
De omzet SW is 549 duizend euro lager dan begroot. Dit wordt met name veroorzaakt door een lagere detacheringsomzet (469 duizend euro) als gevolg van ziekteverzuim, omzetderving door corona (met name in het eerste kwartaal), de seniorenregeling en minder gedetacheerde productieleiders bij Stadsbeheer. Daarnaast is de omzet van het werk-leerbedrijf 80 duizend euro lager, onder meer door sluiting van de locatie Niemeijer (per 1 april 2022) en de verhuizing naar andere locaties.



Materiaalkosten (N 106 duizend euro)
We verwachten door de prijsstijgingen een nadeel van 106 duizend euro op de materiaalkosten.



Loonkosten SW (N 162 duizend euro)
De loonkosten SW vallen hoger uit doordat de uitstroom van WSW-ers lager is dan we bij het opstellen van de begroting hadden verwacht (nadeel 433 duizend euro). Dit nadeel wordt voor 248 duizend euro gecompenseerd doordat de budgettoename vanuit de WSW-subsidie hoger is dan de loonstijging door indexatie. Daarnaast verwachten we een voordeel van 23 duizend euro op transitievergoedingen en de LIV (Lage-Inkomensvoordeel).



Loonkosten Nieuw beschut (V 910 duizend euro)
De loonkosten Nieuw Beschut vallen net als in 2021 lager uit dan begroot. Dit heeft onder andere te maken met lagere sociale lasten door lagere sociale premies en doordat we als gevolg van het hoge ziekteverzuim meer ziektegelden ontvangen dan verwacht.



Huisvesting Hooghoudtstraat (V 260 duizend euro)
Vanuit 2021 is 640 duizend euro beschikbaar gesteld enerzijds voor extra huisvesting als gevolg van het stoppen van de samenwerking met Niemeijer BV (BIS) en anderzijds voor extra ruimte in de locatie in de Hooghoudtstraat als gevolg van de coronamaatregelen. We verwachten hiervan 327 duizend euro in te zetten. Daarnaast is in 2022 incidenteel 53 duizend euro bestemd voor dekking van huisvesting Centrum naar Werk. Doordat de medewerkers van BIS, met aanpassingen aan de panden, ondergebracht konden worden aan de van der Hoopstraat en de Hooghoudtstraat verwachten we per saldo een voordeel van 260 duizend euro ten opzichte van het budget.



Overige SW (V 109 duizend euro)
De overige SW verschillen tellen op tot een voordeel van 109 duizend euro.



Breed offensief (V 304 duizend euro)
In de septembercirculaire 2021 hebben we 377 duizend euro breed offensief toegekend gekregen om de administratieve werkprocessen rondom loonkostensubsidie, het uniformeren van loonwaardebepalingen en werkgeversdienstverlening te stroomlijnen om zo meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te krijgen. We verwachten hiervan in 2022 73 duizend euro uit te geven aan ICT en personeelskosten, het restant is bestemd voor 2023.



Re-integratie budget (N 168 duizend euro)
Per saldo verwachten we op het re-integratie budget een nadeel van 168 duizend euro. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door een tekort van 503 duizend euro op de 'Projecten Werk', met name als gevolg van een nadeel op het contract met Workconnection.
Aan de andere kant verwachten we een voordeel van 205 duizend euro op de participatiebanen. In de begroting zijn we uitgegaan van gemiddeld 400 participatiebanen, met de verwachting aan het eind van het jaar 500 participatiebanen te kunnen realiseren. Waar we voorheen de participatiebaan inzetten voor iedereen (onder bepaalde voorwaarden), zetten we deze nu in voor cliënten die zich in een periode verder willen ontwikkelen als een tweede stap na een (sociaal) activeringstraject, om daarmee die ontwikkeling voort te zetten. Hierdoor worden er ten opzichte van eerdere jaren minder cliënten op een participatiebaan geplaatst. Momenteel zijn er ongeveer 300 participatiebanen gerealiseerd en we verwachten dat dit aantal in 2022 nauwelijks meer zal wijzigen.
Ten slotte verwachten we een voordeel van 130 duizend euro op de overige onderdelen binnen het re-integratie budget.



Overige (N 47 duizend euro)
De overige verschillen tellen op tot een nadeel van 47 duizend euro.




3.1.2. Inkomen en armoedeverlichting

Lasten

Baten

Saldo

Afwijking (bedragen x 1.000 euro)

-3.943

5.581

1.638

BUIG (V 10,8 miljoen euro)
Op 1 oktober 2021 bleek bij de publicatie van het voorlopig budget 2022 dat het budgetaandeel voor 2022 aanzienlijk hoger was dan in 2021. Op basis daarvan verbetert het verwachte BUIG-resultaat voor 2022 ten opzichte van de begroting met 8,4 miljoen euro. Daarnaast is zowel in Groningen als landelijk het aantal uitkeringen in de afgelopen periode sterk gedaald, waarbij de daling in Groningen relatief groter was dan elders in het land. Inmiddels is op Prinsjesdag het definitieve BUIG-budget bekendgemaakt. Vanwege de landelijke daling van bijstandsuitgaven is het gemeentelijke budget gedaald, maar deze daling (1,5 miljoen euro) blijkt minder groot te zijn dan de daling van de bijstandsuitgaven in Groningen (3,8 miljoen euro); per saldo levert dit een aanvullend voordeel op van 2,3 miljoen euro. Ten slotte verwachten we een voordeel van 0,1 miljoen euro aan bijstandsbaten (terugvorderingen e.d.). De voordelen op de BUIG tellen op tot een saldo van 10,8 miljoen euro. Per saldo verwachten we daardoor over 2022 een nadeel op de BUIG van 2,8 miljoen euro omdat we in de begroting zijn uitgegaan van een nadeel van 13,6 miljoen euro.



Energietoeslag (V 6,1 miljoen euro)
Via de mei- en septembercirculaires 2022 ontvangen wij van het Rijk in totaal 31,1 miljoen euro voor de uitkering van energietoeslagen van 1.300 euro per huishouden. Wij gaan ervan uit dat iedereen die recht heeft op deze toeslag een aanvraag indient (20.600 aanvragen) en verwachten daardoor 27 miljoen euro uit te geven aan toeslagen en uitvoeringskosten. Dit betekent dat wij verwachten 4,1 miljoen euro niet in te zetten in 2022. Maar mocht er sprake zijn van niet-gebruik dan wordt dit bedrag nog hoger. Daarbij is nog niet duidelijk wat de gevolgen zijn van de uitspraak van de rechtbank in Arnhem over energietoeslagen voor studenten. De eventuele effecten hiervan zijn nog niet verwerkt in deze prognose.
Daarnaast hebben we in 2022 2,0 miljoen euro aan extra middelen beschikbaar vanuit de TONK-gelden 2021 (de regeling 'Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten' van het Rijk). Deze middelen zijn bestemd voor inwoners die door de oplopende elektriciteits- en gasprijzen te maken hebben met energie-armoede en voor wie de energietoeslag onvoldoende is om de achteruitgang in inkomen te compenseren. In het eerste half jaar van 2022 is er echter minimaal aanspraak gemaakt op deze regeling. Ook in het tweede half jaar verwachten wij weinig aanvragen, deels omdat de energietoeslag in juni is verhoogd van 800 euro naar 1.300 euro, en deels omdat de kostenverhogingen via hogere voorschotbedragen of eindafrekeningen van energieleveranciers nog niet voor alle inwoners in 2022 in beeld zullen zijn. We verwachten daarom de extra middelen van 2,0 miljoen euro niet in te zetten in 2022.



Noodpakket energiekosten en inflatie (N 14,1 miljoen euro)
Het college maakt zich zorgen over de gevolgen van de stijging van de energiekosten en de hoge inflatie voor inwoners, maatschappelijke instellingen en ondernemers in onze gemeente. We zien de financiële problemen en de daarmee samenhangende onzekerheid en stress toenemen. Het kabinet neemt momenteel een groot aantal maatregelen om hier iets aan te doen. Veel van die maatregelen gaan echter pas in op of na 1 januari 2023 en er is nog veel onduidelijkheid over wat deze precies betekenen voor verschillende groepen inwoners, ondernemers en instellingen. Veel inwoners en een deel van de instellingen en bedrijven kunnen hier niet op wachten en hebben nú ondersteuning nodig. Er is een tijdelijk noodpakket ontwikkeld waarvan de kosten 14,1 miljoen euro bedragen. Het Rijk heeft ook nog aanvullend beleid in ontwikkeling. Mocht blijken dat het Rijk voor onderdelen van dit pakket alsnog middelen beschikbaar stelt dan beschouwen we deze rijksmiddelen als dekking voor de betreffende maatregel. Als dit zich voordoet ontstaat er ruimte om lokale middelen anders in te zetten. Hiermee wil het college flexibel kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen.



VASD (N 2,6 miljoen euro)
Het nadeel heeft betrekking op de lasten voor het meerjarig project 'Vernieuwing applicaties sociaal domein (VASD)' die we 2022 zullen maken. Deze implementatiekosten worden vanaf 2023 terug verdiend door een besparing op de licentiekosten en door besparingen in het primair proces als gevolg van efficiency.



Bedrijfsvoering (V 1,0 miljoen euro)
Het voordeel op de bedrijfsvoering wordt grotendeels veroorzaakt door onderbezetting op de inkomensafdelingen. Deze onderbezetting zorgt voor een vacatureruimte van 700 duizend euro. Van deze vacatureruimte gaan we 81 duizend euro inzetten voor de inhuur van uitzendkrachten. Daarnaast ontvangen wij incidenteel hogere detacheringsvergoedingen dan begroot van 210 duizend euro.
Verder verwachten we op de overige bedrijfsvoeringsbudgetten een voordeel van 170 duizend euro. Dit wordt voor het grootste deel veroorzaakt doordat de bijdrage aan de vorming van een Gemeenschappelijke Backoffice Inkomen (GBI) is komen te vervallen (85 duizend euro) en door een incidentele bijdrage voor administratieve werkzaamheden (100 duizend euro).



Wet Kinderopvang (N 349 duizend euro)
De voorziening Wet Kinderopvang Sociaal Medische Indicatie is onder andere bedoeld ter overbrugging naar de reguliere jeugdzorg. Wij verwachten in 2022 een tekort van 349 duizend euro. Dit tekort wordt veroorzaakt doordat de uitgaven toenemen als gevolg van langere wachtlijsten in de GGZ. Daarnaast hebben mensen met een ernstige psychiatrische aandoening een langer behandeltraject nodig waardoor ook langer kinderopvang noodzakelijk is.



Schuldhulpverlening (V 262 duizend euro)
Het structurele tekort van 1,5 miljoen euro op de personele inzet schuldhulpverlening kunnen we in 2022 grotendeels dekken vanuit incidentele middelen (rijksmiddelen voor corona en incidentele middelen vroegsignalering). Deze incidentele middelen vervallen vanaf 2023. Door extra inkomsten van klanten beschermingsbewind, inkomsten vanuit detacheringen en zwangerschapsgelden verwachten we in 2022 per saldo een voordeel van 262 duizend euro op schuldhulpverlening.



Overige wettelijke regelingen (V 147 duizend euro)
Sinds 2021 maakt de afdeling Zelfstandigen & Kwaliteit gebruik van een tool waarmee de medewerkers zelf de eenvoudige levensvatbaarheidsonderzoeken kunnen uitvoeren. Dit levert een besparing op van naar schatting 147 duizend euro.



Uitvoeringskosten TOZO (V 112 duizend euro)
Wij verwachten 112 duizend euro lagere uitvoeringskosten TOZO. Dit komt vooral omdat we minder personeel hebben ingezet dan verwacht.



Overige (V 220 duizend euro)
De overige verschillen tellen op tot een voordeel van 220 duizend euro en betreffen onder meer een voordeel op de uitvoeringskosten van de kindertoeslagenaffaire (83 duizend euro).